, 28 november 2022

De VvE en het vermoeden van gebreken

Vaak wordt de vraag gesteld of de VvE (direct) actie moet ondernemen als er een vermoeden bestaat dat een gebrek aanwezig is. Onlangs is hierover een procedure gevoerd.

Van 1994 tot en met 2003 heeft zich scheurvorming in de kolommen van de parkeergarage van een VvE – waarin onder meer Q-Park was gevestigd – voorgedaan. Naar de scheurvorming is onderzoek gedaan en in 2003 heeft een renovatie plaatsgevonden. Hierna ontstond wederom scheurvorming, waarbij in 2011 brokken beton uit een kolom van de parkeergarage zijn gevallen. Eind 2011 is onder de parkeergarage een sinkhole (gat) ontstaan. Door de sinkhole was de constructieve veiligheid van het winkelcentrum niet meer gewaarborgd. Het gevolg was dat de winkel C&A ontruimd en gesloopt moest worden. De verzekeraar van C&A vorderde vervolgens van de VvE en Q-Park een schadevergoeding van ruim € 1,7 miljoen. Volgens de verzekeraar betrof het een gemeenschappelijk probleem, waar de VvE van op de hoogte was en onvoldoende tegen heeft gedaan.

Het hof heeft de VvE en Q-Park ieder veroordeeld tot betaling aan de verzekeraar van C&A van € 500.000,-. Kort samengevat is het hof tot deze beslissing gekomen, omdat de VvE en Q-Park (voorafgaand aan de renovatie) kennis hadden van de oorzaak van de scheurvorming en uit de rapporten bleek dat de constructieve veiligheid van het complex in gevaar was, maar dat zij onvoldoende maatregelen hebben getroffen. De Hoge Raad is echter van oordeel dat onder meer niet vaststond dat de VvE en Q-Park kennis hadden van de gevaren voor de constructieve veiligheid van het complex. De kwestie is verwezen naar het Hof Den Haag. Hier zal binnenkort een vervolg op komen.

De Hoge Raad heeft in dit geval dan wel de beslissing van het hof vernietigd, maar de boodschap is duidelijk: als de VvE kennis heeft van constructieve gebreken, moet de VvE daartegen actie ondernemen. Zo voorkomt de VvE in de toekomst aansprakelijkheid en gerechtelijke procedures. Dit is uiteraard ook in het belang van de gezamenlijke eigenaars.

Bij vragen over dit onderwerp kunt u contact opnemen met mr. Layal Wessels.

Lees ook

Is kortdurende verhuur en Airbnb-verhuur in strijd met bestemming appartement?

In de praktijk is vaak nog onduidelijk of verhuur voor korte perioden (short stay en/of Airbnb) valt onder de in de akte van splitsing veel voorkomende bestemming ...

Lees volledig bericht